Afzender gedefinieerd

Dit boekje betreft een in 1843 en 1847 origineel geschreven reisverslag, dat nu in 2009 geheel opnieuw opgeschreven is. Men moet zich voorstellen dat het schrift uit die tijd heel anders was en er enige tijd nodig was om die lettertekens met al die omhalen en letterfranjes te herkennen. Ook de zinsopbouw uit die tijd is heel anders dan nu. Rekening houdend dat het behoorlijk gedetailleerde verslag tijdens de reis met een ganzenveerpen geschreven werd, moet het een enorme klus geweest zijn.

Als u begint te lezen en u meer en meer verplaatst in die tijd wordt het verslag steeds interessanter.
Neem de eerste reis in 1843 vanuit Amsterdam, toen een stad tot de Singelgracht bebouwd was en men deze verliet richting de Diemerbrug en verder naar het oosten, wat gebeurde per diligence, calèche of koets.

Er wordt gesproken over de straatwegen die toen bestonden en zoals men in Amersfoort, Zutphen en Arnhem via de barrière of poort, die vaak diende om heffing van de stedelijke belastingen mogelijk te maken, de stad binnenging en waar vaak de bestaande winkelstraat, koffiehuizen, kerken e.d. bezocht werden.

De eindeloze heidevelden en grote berg bij Millingen met zijn zandpad richting Apeldoorn (het Loo) en via de schipbrug bij Zutphen naar Arnhem, waar genoteerd werd dat men de grote doorsteek bij Oosterbeek door de Veluwezoom met de schop voor de aanstaande spoorlijn naar Utrecht aan het graven was.

De stations en tracés die in die tijd buiten de toenmalige bebouwing plaatsvonden geven aan hoe klein die steden toen waren en toont de stadsevolutie vanaf die tijd tot nu.
In het verslag leest u over de reis door de mooie en indrukwekkende stad Rotterdam met haar havens en stoomboten en hoe men dan doorreist via Den Haag, waar de mooie Vijverberg en de bossen rond Huis ten Bosch bezocht werden. Vervolgens gingen ze verder per diligence naar Voorschoten, omdat de eerste spoorlijn van Nederland op dat moment in 1843 vanaf Voorschoten tot Amsterdam gereed was.

Aangekomen in Amsterdam op het in 1842 gebouwde eindstation Willemspoort, welke zich toen bevond in het begin van het Westerpark ter hoogte van de Nassaukade achter de toenmalige toegang tot de stad bij de Willemspoort wat nu de Haarlemmerpoort heet en nog te zien is, maakte de schrijver tot slot gebruik van het toenmalige vervoer in Amsterdam, de omnibus, die hem naar huis bracht.

Details